Afgelopen weekend was het burendag in Nederland, een jaarlijks terugkerend evenement: “Een dag waarop je gezellig samen komt en waarbij veel mensen iets goeds doen voor elkaar en de buurt.”
Op zich een prachtig initiatief in een maatschappij waarin we vaak op onszelf gericht zijn. We hebben veel minder contact met onze buren dan dat in het verleden gewoon was en vaak hebben we ook meer schroom om zomaar bij onze buren aan te kloppen om iets.
Ik ben opgegroeid in een arbeidersbuurt in Huizen en we kenden iedereen redelijk goed om ons heen. Onze buren, ‘ome’ Cor en ‘tante’ Mies, kende ik hartstikke goed en daar liep ik, zonder te kloppen, via de achterdeur naar binnen. Met ‘tante’ Stienie aan de overkant ging ik vaak mee wandelen met de hond en ik had allerlei gesprekken met haar. Meneer Joop ‘Soep’ (dit was zijn bijnaam, hij heette eigenlijk ‘Westland’), die lange man op die grote fiets vond ik nogal eng, zeker nadat hij me een keer boos had aangesproken toen ik, volledig onschuldig: “Goedemiddag meneer Soep” tegen hem had gezegd. “Ik heet Westland” was zijn commentaar.
Naast dat het burendag was heeft het dit weekend ook behoorlijk gemist in de ochtenden, echt een mooi begin van de herfst. Toen ik op zondag een wandeling ging maken zag ik een 2 tal spinnenwebben tussen ons en de buren inhangen, zichtbaar gemaakt door de kleine vochtdruppels. Nu hangen die webben daar natuurlijk altijd maar dan zijn ze vrijwel onzichtbaar, zo ragfijn zijn de draden. Ik moest direct denken aan een ‘onzichtbare verbinding’ met anderen. Ondanks dat we nu in een maatschappij leven die meer individualistisch is dan 40 jaar geleden en we onze buren niet meer zo goed kennen, heeft elk mens behoefte aan ‘verbindingen’. Ik verlang ook nog wel eens terug naar het wandelen met tante Stienie waarbij ik altijd mijn verhaal kon doen.
Zou het daarom zijn dat burendag zo’n groot feest is in sommige buurten, omdat we eigenlijk veel behoefte hebben aan verbinding met de ander? Het hele jaar is die vrijwel onzichtbaar en lijkt het alsof we nauwelijks met elkaar verbonden zijn maar 1 dag in het jaar wordt die verbinding duidelijk zichtbaar. Die onzichtbare verbinding met de ander die er altijd is en die uiteindelijk ook zo nodig is voor een ieder van ons. Volgens mij zijn we gemaakt om verbonden te zijn met elkaar, als unieke mensen die elkaar kunnen ondersteunen en sterker maken.